top of page
Lambregts & Robben

Overdracht van de familiezaak in coronatijden

Bij overdracht van een familiezaak kan u, mits u een rits voorwaarden naleeft, schenkbelasting of erfbelasting vermijden. Eén van de voorwaarden is dat u de onderneming ‘ononderbroken verderzet’, maar dat was tijdens de coronacrisis niet zo evident. Komt de minister te hulp?


Vrijgestelde overdracht van een familiale onderneming


Een schenking van een onderneming is in principe onderworpen aan de schenkbelasting. En ook als een onderneming in de nalatenschap zit, moet er in principe erfbelasting betaald worden. Die schenk- of erfbelasting kan best wel oplopen, en dat zou kunnen betekenen dat de begiftigde of erfgenaam de onderneming van de hand moet doen om de belasting te kunnen betalen.


Om dat te vermijden, voerden de drie gewesten een bijzonder regime in voor de ondernemingen, zowel op het vlak van schenkbelasting als op het vlak van erfbelasting. Voor het schenken van familiale ondernemingen en vennootschappen bestaat er in het Vlaamse Gewest een vrijstelling van schenkbelasting; wordt er niet geschonken, maar overlijdt de bedrijfsleider, dan geldt er een verlaagd tarief in de erfbelasting.


Vrijstelling van schenkbelasting


Om de vrijstelling van schenkbelasting te genieten, moet een reeks voorwaarden vervuld zijn op het ogenblik van de schenking. Zo geldt de vrijstelling alleen voor familiale ondernemingen of familiale vennootschappen. We spreken van een familiale onderneming als de onderneming persoonlijk door de schenker of zijn echtgenoot of samenwonende partner, al dan niet samen met anderen, wordt geëxploiteerd en uitgeoefend. Een familiale vennootschap is een vennootschap waarvan de schenker, samen met zijn familie, eigenaar is.


De vrijstelling geldt alleen voor de goederen die beroepsmatig zijn. Een woning is altijd uitgesloten van de vrijstelling.


Gaat het om een vennootschap, dan moet de schenker aandelen in volle eigendom hebben die hetzij minstens 50% van de stemrechten in de vennootschap vertegenwoordigen, hetzij minstens 30% van de stemrechten in de vennootschap vertegenwoordigen – dat laatste op voorwaarde dat de schenker samen met één andere aandeelhouder aandelen in volle eigendom heeft die 70% van de stemrechten in de vennootschap vertegenwoordigen of hij, met twee andere aandeelhouders samen, aandelen in volle eigendom heeft die 90% van de stemrechten in de vennootschap vertegenwoordigen.


Patrimoniumvennootschappen en ondernemingen zonder werkelijke activiteit zijn uitgesloten. Een vennootschap wordt beschouwd als zonder enige reële economische activiteit als de bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen (code 62 van de resultatenrekening) een percentage van maximum 1,5% van de totale activa (code 20/58 van de balans) uitmaken, én de terreinen en gebouwen (code 22 van de balans) meer dan 50% van de totale activa (code 20/58 van de balans) uitmaken.


Er zijn echter ook enkele voorwaarden die vervuld moeten worden gedurende een periode van 3 jaar na de schenking, namelijk:

· De activiteit moet ononderbroken verdergezet worden.

· De onroerende goederen van de onderneming die met het verminderd tarief werden overgedragen, mogen niet hoofdzakelijk tot bewoning worden aangewend of bestemd.

· Als het om een vennootschap gaat, mag die vennootschap geen vennootschap zonder reële economische activiteit worden en het eigen vermogen mag niet dalen door uitkeringen of terugbetalingen.


Erfbelasting


Inzake erfbelasting geldt er een vermindering; geen vrijstelling. Het tarief bedraagt 3% als de erfgenaam een verwante in rechte lijn of partner van de erflater is. In alle andere gevallen wordt de nettowaarde van de verkrijging belast aan 7%.

De voorwaarden op het ogenblik van het overlijden zijn ongeveer gelijk aan die bij een vrijstelling van schenkbelasting. En net als bij de schenkbelasting moeten er ook 3 jaar na het overlijden nog een reeks voorwaarden nageleefd worden. Dezelfde als bij de schenkbelasting.


Covid-19


Corona heeft impact gehad op de activiteiten van zowat alle ondernemingen. Sommige ondernemers hebben effectief hun onderneming een tijdje moeten stilleggen. Anderen hebben personeel moeten laten gaan (al dan niet op tijdelijke werkloosheid gezet).

Een stopzetting van de activiteiten, zelfs tijdelijk, doorkruist het ononderbroken voortzetten van eenzelfde of gelijkwaardige economische activiteit. Dat zou dus betekenen dat de gunstregeling vervalt.


Ook door personeel te laten gaan, dreigt de vennootschap, een vennootschap zonder reële economische activiteit te worden. Immers, naast de voorwaarde van maximum 50% gebouwen en terreinen, mogen de bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen niet lager zijn dan, of gelijk zijn aan 1,5 % van de totale activa. Aan deze loonlastvoorwaarde is dus mogelijkerwijze niet meer voldaan. Vergeet niet dat de loonlastvoorwaarde ook wordt gecheckt op het ogenblik van schenking of overlijden, zodat er op dat moment al evengoed een probleem kan zijn.


Vlaams minister van Financiën, Matthias Diependaele, werd daarover ondervraagd in het Vlaams Parlement. De minister antwoordde alvast dat de continuïteitsvoorwaarde geen probleem kan vormen. Ook bij een tijdelijke, verplichte of vrijwillige sluiting blijft een onderneming wel degelijk ononderbroken voortbestaan, behoudt ze haar ondernemingsnummer, blijft haar website actief, wordt de coronasteun opgenomen in de boekhouding, enz.


Wat de loonlastvoorwaarde betreft, wijst de minister erop dat er een dubbele voorwaarde is om te kunnen spreken van een vennootschap zonder reële economische activiteit: de terreinen en gebouwen mogen niet meer dan 50% uitmaken van het totaal actief, én de loonlast mag niet lager zijn dan, of gelijk zijn aan 1,5% van de totale activa. Als de terreinen en gebouwen niet meer dan 50% uitmaken van het actief, is de lagere loonlast geen issue meer.


Enkel als aan beide voorwaarden voldaan is, kan er een probleem zijn, maar dan nóg heeft u volgens de minister de mogelijkheid om aan te tonen dat de onroerende goederen in de vennootschap worden aangewend voor de economische activiteit en dat het dus niet gaat om een privépatrimonium in een vennootschap. En dan zal er wel nog sprake zijn van een reële economische activiteit.


U kan zich trouwens ook beroepen op overmacht.

Voor bedrijfsleiders die hun vennootschap in de toekomst willen schenken, maar die op het moment van de schenking, door corona, niet voldoen aan de loonlastvoorwaarde, geldt dezelfde redenering. Als beide voorwaarden voor uitsluiting voldaan zijn, kan de bedrijfsleider nog altijd aantonen dat de onroerende goederen in de vennootschap geen private goederen zijn en zij dienstig zijn voor de onderneming.


Comments


bottom of page